Een groot gedeelte van onze poezenpopulatie krijgt gedurende hun levensloop te kampen met aandoeningen van de lage urinewegen. Al deze problemen en hun gevolgen worden onder één benaming gevat: FLUTD (feline lower urinary tract disease). Deze ziekte wordt onderverdeeld naargelang de aan- of afwezigheid van kristallen of steentjes in de urine. Urolithiasis is dan ook een aandoening waarbij kristallen of steentjes in de urine te vinden zijn met een ontstekingsreactie of infectie van de urinewegen tot gevolg.
Predisponerende factoren die deze aandoening in de hand kunnen werken zijn uiteenlopend. Overgewicht, frequentie en hoeveelheid van urineren en niet uitgebalanceerde voeding zijn slechts enkele mogelijkheden die de kans op kristalvorming in de urine kunnen verhogen, erfelijke aanleg speelt echter eveneens een rol.
De meest voorkomende symptomen bij katten die een onsteking hebben ter hoogte van de lage urinewegen zijn: heel frequent kleine hoeveelheden urineren, bloed in urine, abnormale geur van de urine, urineren op abnormale plaatsen(wasbak, wasmand,...), niet meer kunnen urineren meestal gepaard met pijn (bij obstructie van de urineafvoerweg, vooral bij katers),... Na urine-onderzoek blijkt al snel of deze ontsteking veroorzaakt wordt door kristallen of steentjes en wordt meteen het juiste type bepaald (struviet, Ca-oxalaat,...).
De belangrijkste gevolgen van deze aandoening zijn bacteriële infectie van de lage urinewegen, recidiverende cystitis en obstructie van de urethra (katers). Dit laatste gevolg is vrij ernstig aangezien het gepaard gaat met veel pijn, stase van de urineproductie ( bij maximale vulling van de blaas), vervolgens stijging van de nierwaarden en tenslotte ook afwijkingen van andere bloedparameters.
In zo'n geval is er levensgevaar, een kater die niet meer kan urineren is dan ook altijd een spoedgeval!
De urineweg moet zo snel mogelijk worden vrij gemaakt en de poes moet worden gestabiliseerd met vloeistoftherapie, eventuele shockbehandeling en pijnbestrijding. Bij katers die geregeld obstructies hebben en hardnekkige steenvorming vertonen, kan overwogen worden om de urineafvoerweg open te maken via urethrostomie. Dit is echter een ernstige ingreep die veel complicaties kan geven.
Poezen met urolithiasis zonder obstructie moeten behandeld worden met een correcte anti-infectieuze therapie om de secundaire infectie te laten verdwijnen en een aangepaste voeding. Afhankelijk van het type van kristal of steen kan een speciaal dieet deze oplossen of de vorming van nieuwe kristallen tegengaan of vertragen. In sommige gevallen van onoplosbare stenen, kan het nodig zijn de blaas operatief te openen om ze op die manier te verwijderen.
Het meest voorkomende type bij poezen zijn echter struvietstenen, welke vlot oplosbaar zijn via een aangepast urinair dieet. Dit dieet moet echter vrij lang volgehouden worden en kan pas gestopt worden als na controle van de urine is gebleken dat alle kristallen zijn verdwenen. Aangezien poezen met urolithiasis een grote kans hebben om later opnieuw kristalletjes te ontwikkelen, is het noodzakelijk om hierna verder te gaan met een voeding die preventief kristalvorming helpt te voorkomen. Controle van het gewicht van de poes blijft echter eveneens zeer belangrijk.
Dierenarts Anton De Nert
Dierenkliniek De Bosdreef