Patella luxatie betekent letterlijk dat de knieschijf uit de gleuf springt waarin hij normaal beweegt.
De knieschijf is een versteviging in de pees van de spier die er voor zorgt dat het been gestrekt kan worden. Daar waar de pees over de punt van het dijbeen in de knie loopt is hij verstevigd door dit ronde botje: de knieschijf. In het onder uiteinde van het dijbeen zit een gleuf waar deze knieschijf precies in past en doorheen kan glijden van boven naar beneden bij strekken en buigen van de knie. De pees zit net onder de knie vast aan een richel op het scheenbeen: de crista. Als de lijn waarin de patella zich beweegt niet precies in de richting gaat van de gleuf in het dijbeen, heeft hij de neiging om uit zijn gleuf te lopen, zoals een touw uit een katrol loopt als je het touw scheef trekt.
De patella luxeert meestal naar de binnenkant en minder vaak naar de buitenkant van de knie.
Als de patella slechts af en toe luxeert toont de kat dat door even door zijn pootje heen te zakken op het moment dat hij wil afzetten. Soms zie je een kat zijn pootje één of enkele stappen optillen. Katten waarbij de patella vaak luxeert zullen niet erg op hun achterpoten durven vertrouwen: ze springen duidelijk minder gemakkelijk omhoog en zijn terughoudend in het spel met andere dieren. Meestal laten de dieren absoluut geen pijn merken. Het is vooral een mechanisch ongemak Soms lopen ze wel zichtbaar kreupel met een van de achterpoten, soms heeft zo'n dier duidelijk O-benen, waarbij de knieën naar buiten knikken.
Het meest typische voorkomen is een jonge kat van rond 1 jaar leeftijd met meer of minder ernstige klachten. Bij oudere dieren zien we nogal eens problemen ten gevolge van overgewicht. Jarenlang is de afwijkende beweging een eigenaar niet opgevallen, maar op een gegeven moment is de grens overschreden en valt het op dat zo’n te zwaar dier niet meer gemakkelijk van zijn plek komt. Bij deze oudere katten is ten gevolge van de patella luxatie vaak ook artrose in de knie ontstaan. Er is abnormale slijtage van gewrichtskraakbeen, overmatige productie van gewrichtsvocht, botnieuwvorming langs de randen van het gewricht en hierdoor ook pijn. Het mechanische ongemak gaat nu samen met duidelijke pijnklachten.
De behandeling van patella luxatie bestaat in die gevallen waar het dier er klinisch last van heeft uit operatieve correctie van de scheve positie van de verschillende structuren. Veel beschreven correcties met een teugeltje, of alleen inkorten van het kapsel van het kniegewricht blijken vaak onvoldoende te helpen. Meestal is een vrij utgebreide ingreep noodzakelijk, waarbij de crista wordt verplaatst en met pennetjes of een metaaldraadje weer wordt vastgezet, zodanig dat de lijn van de beweging wordt gecorrigeerd ( meestal verplaatst naar buiten, soms naar binnen). Daarnaast passen patella en de gleuf waarin hij moet glijden niet mooi bij elkaar en moet de patella wat smaller gemaakt worden en de gleuf wat dieper. Als de patella na deze correctie mooi stabiel op zijn goede plek beweegt zijn de vooruitzichten voor zo'n knietje heel goed.
Als er al uitgebreide artrose is ontstaan door de slijtage en irritatie van het gewricht, dan is het moeilijker om een goed resultaat te bereiken. Het hangt af van o.a. het gewicht van het dier en de mate van last die hij heeft of je nog gaat opereren, of eerst gaat proberen met gewichtsvermindering en een pijnstiller. Vaak betreft dit wat oudere katten, die in hun eerste levensjaren goed hebben kunnen leven met het probleem en nu last hebben omdat ze in een vicieuze cirkel van minder bewegen en zwaarder worden zijn beland.
De oorzaak van patella luxatie is erfelijk. Binnen verschillende rassen komen meer of minder vaak patella luxaties voor. Binnen vele rasverenigingen is het inmiddels gebruikelijk of zelfs verplicht voor het fokken de dieren te laten testen op patella luxatie. Het onderzoek is voor de kat heel gemakkelijk te ondergaan en bestaat alleen uit het betasten van de knieën in staande positie en in zijligging, waarbij de dierenarts de positie van de patella controleert en de stabiliteit bepaalt. Er bestaan verschillende gradaties van patella luxatie:
Om deze beoordeling van patella luxatie bij de kat betrouwbaar te laten zijn is het noodzakelijk dit ,net als bij de hond, te laten onderzoeken door één van de in Nederland geregistreerde orthopedische specialisten. Alleen dan zal een uniforme beoordeling kunnen worden bereikt.
Binnen verschillende rassen zal moeten worden bekeken hoe streng op dit probleem voor de fokkerij geselecteerd kan worden. Andere erfelijke aandoeningen binnen een ras zullen mede de selectiemogelijkheden bepalen.
Artikel overgenomen met toestemming van Dierenkliniek Emmeloord